'Als ik op zee ben voel ik ruimte en vrijheid. Het is een totaal andere wereld dan aan de wal'
Rust, ruimte en vrijheid: hoe je als matroos bij de Kustwacht uniek werk verricht op de open zee
Om het scheepvaartverkeer voor de kust te controleren beschikt de Nederlandse Rijksrederij over een aantal patrouilleboten. Rhinsky Richardson (32) vaart als matroos dagelijks op de Noordzee aan boord van het kustwachtpatrouillevaartuig Barend Biesheuvel. ‘Om je staande te houden op zee moet je wel een bepaalde houding hebben.’
Hij heeft altijd van de zee gehouden, zegt Rhinsky. Die liefde begon op de Antillen waar hij geboren is en bij de kustwacht van St. Maarten werkte. Toen hij na orkaan Irma naar Nederland verhuisde, zette hij zijn werk voort bij de Rijksrederij die vanuit Scheveningen opereert met het zeegaande patrouilleschip Barend Biesheuvel. ‘Als ik op zee ben voel ik ruimte en vrijheid. Het is een totaal andere wereld dan aan de wal.’
Met 440 pk over zee
De Barend Biesheuvel is een groot schip van 60 meter dat beschikt over 2 RHIBS die met een kraan te water worden gelaten. RHIBS zijn heel krachtige, rubberen speedboten van 10 meter die met 440 pk over zee varen. Het is Rhinsky’s taak om zo’n RHIB met dubbele propeller te besturen, samen met een navigator. ‘Ik zorg ervoor dat de controleurs van politie, douane, marechaussee of de NVWA veilig worden afgezet.’
Controles zijn vaak een verrassing
Waar de politie, douane en marechaussee zich vooral op beroepsvaartuigen en pleziervaartuigen richten, ligt de focus van de NVWA op de visserij. Wie er op welk moment gecontroleerd wordt, is voor de doelschepen vaak een verrassing. ‘Aan het begin van de week bepaalt de NVWA bijvoorbeeld: deze week gaan we een vissersvloot controleren. Daar worden vervolgens 2 tot 3 schepen voor uitgekozen.’
Alles draait om veiligheid
Om matroos te worden, volgde Rhinsky een opleiding MBO-2 Zeevaart. Daarnaast heeft hij – uiteraard- een vaarbewijs en volgde hij een interne RHIB-opleiding. Verder beschikt hij over papieren voor radiotelefonie en kan hij werken met een radar.
‘Je moet ook leren omgaan met pyrotechnische middelen, met veiligheidsmiddelen zoals een reddingsvlot en met werken op hoogte in de mast. Ook krijg je training in brandblussen, eerste hulp bij ongeluk en nog veel meer. Alles is gericht op veiligheid.’
Veel impact op je lichaam
De RHIBS die Rhinksy bestuurt kunnen wel 45 knopen of 80 km/h. Komt hij nooit in de verleiding om vol gas te gaan? Rhinksy zegt dat hij getraind is om te kijken naar het weer en de omstandigheden. Zodra hij de open, onrustige zee opgaat, draagt hij een operationeel vest, een lifevest én een droogpak. ‘Die loodzware outfit heeft veel impact op je lichaam. De nadruk ligt daarom op rustig aan doen. Je legt een kleine afstand af. Dan maakt het niet zo veel uit hoe snel je er bent.’
Van een afstandje in de gaten
Op het moment dat ze een schip naderen, leggen ze contact met de bemanning. Rhinksy zorgt er vervolgens voor dat de controleurs aan loefzijde, de kant van het schip dat uit de wind ligt, via een ladder aan boord kunnen. Gedurende de controle houdt hij via een oortje contact met de controleurs aan boord. ‘Dat heeft ook te maken met veiligheid. We houden de boel van een afstandje in de gaten.’
Geen 9-tot-5 baan
Werken op het patrouillevaartuig Barend Biesheuvel is geen traditionele 9-tot-5 baan, vertelt Rhinsky. Ze vertrekken op maandag en komen op vrijdag weer thuis. In de tussentijd moet je het met de gemiddeld 15 man aan boord onderling zien te rooien. ‘We hebben hele goeie collega’s. De ene helft zijn jonge gasten. De andere helft is wat ouder. Dat zorgt voor balans en harmonie. Ik kan het echt met iedereen heel erg goed vinden.’
Bij thuiskomst omschakelen
Hij houdt heel erg van het ritme aan boord. Het 3 keer per dag met elkaar eten (er is een kok aan boord). Het draaien van diensten zoals wachtlopen en RHIB-besturen, afgewisseld met de vaste rustperiodes. Hij moet wel bekennen dat hij aan het einde van de week, als hij weer bij zijn vriendin thuiskomt, altijd even moet omschakelen. ‘Het weekend zijn de 2 heilige dagen. Ik heb dan zin om door het park te lopen of te fietsen.’
Vorm van volwassenheid
Uit wat voor hout moet je nou eigenlijk gesneden zijn om het als matroos aan boord te redden? Rhinsky zegt dat het geen wereld voor watjes is. Je moet tegen een stootje kunnen.
Maar je moet ook een stootje kunnen uitdelen. ‘Anders lopen mensen zo over je heen.’ Daarnaast vindt hij dat je een bepaalde vorm van volwassenheid moet hebben. Dat leer je niet op het MBO, dat gaat om levenservaring en mentaliteit. ‘Je hebt geschreven regels en ongeschreven regels. Je wordt als volwassene behandeld en die houding wordt ook van je verwacht.’
Houding, uitstraling en denkwijze
Vaak genoeg heeft hij sterke mannen na een paar weken op zee zien breken. Rhinsky: ‘Het gaat om de goede houding, uitstraling en denkwijze. Als je dat hebt, dan is dit de mooiste baan van de wereld.’