Maria Vătămanu, adviseur waterkwaliteit

Interview 21 december 2020

De carrière van Maria Vătămanu is bijzonder te noemen. Nadat ze de opleiding chemische technologie volgde in haar geboorteland Roemenië kwam zij via een beurs terecht op Harvard University. Vervolgens verhuisde ze naar Nederland waar ze milieumanagement studeerde aan de Universiteit Twente.

Na diverse banen, onder meer bij de provincie Zuid-Holland en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, ging zij in 2015 bij Rijkswaterstaat aan de slag als adviseur waterkwaliteit. Maria vertelt je graag hoe zij haar werk ervaart.

Met welke concrete projecten ben je nu bezig?

‘Als adviseur waterkwaliteit bij Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid is het havengebied van Rotterdam mijn grootste werkgebied. Een complex project waarop ik mij momenteel richt, is een project rondom circulaire economie. Hierbij onderzoeken het bedrijfsleven en diverse universiteiten samen hoe zij fosfaat, een belangrijke en schaarse grondstof, kunnen terugwinnen uit slib via waterzuiveringsinstallaties . Het projectteam heeft mij en mijn collega’s gevraagd mee te denken over de haalbaarheid van het plan. Een ander actueel project is de nieuwe Centrale Afvalwaterzuivering Botlek. Het rondkrijgen van alle vergunningen was een traject van jaren. Momenteel zijn wij nog steeds betrokken, onder meer door de naleving van de afgesproken protocollen te controleren.’

Hoe ziet een gemiddelde werkdag er voor jou uit?

‘Ik werk altijd aan meerdere vergunningen tegelijkertijd. Hierbij kan het gaan om nieuwe vergunningen, de instandhouding of de aanpassing van vergunningen. In en rond de haven van Rotterdam zijn de aanvragers vaak grote chemiebedrijven, olieraffinaderijen of tankopslagbedrijven. Maar ik buig me ook over vergunningsaanvragen van bedrijven die midden in Gouda staan. Iedere aanvraag vergt een andere aanpak. Tijdens het verleningstraject overleg ik met allerlei partijen, bijvoorbeeld met de aanvrager, met ander bevoegd gezag zoals de provincie, en met organisaties zoals het RIVM. Daarnaast heb ik ook veel contact met collega’s. Zo krijgen wij veel informatie van onze handhavers die op locatie controleren of de vergunning wordt nageleefd. En ik voer regelmatig overleg met een van de vele experts binnen Rijkswaterstaat. Bijvoorbeeld als ik gedetailleerde informatie nodig heb over emissies of de nieuwste zuiveringstechnieken.’

Veel onderzoek en overleg, dus. Waartoe leidt dat uiteindelijk?

‘De uitkomst kan wisselend zijn. Een vergunning kan uiteraard worden verleend, maar ook worden afgewezen. Of pas worden verleend nadat de aanvrager bepaalde voorzieningen heeft getroffen die leiden tot een mindere belasting van het milieu. Het daadwerkelijk schrijven van de vergunning is echt de allerlaatste stap in het proces. En daarna zit ons werk er nog niet op. Soms verlenen wij een vergunning bijvoorbeeld op theoretische basis. Gaat het bedrijf daadwerkelijk van start, dan checkt men daar of de gemaakte afspraken wel nagekomen kunnen worden. Als dit niet het geval is, volgen aanvullende maatregelen. Bovendien veranderen het beleid en de wet- en regelgeving regelmatig. Waar nodig ga ik dan in overleg met de betreffende bedrijven om te zorgen dat hun vergunningen in stand blijven.’

Wat zijn voor jou de leukste aspecten van je functie?

‘Dat is allereerst het feit dat ik contact heb met veel verschillende partijen. Momenteel vinden die contacten met name online plaats, maar normaliter ga ik ook naar locaties toe. Je hoort en ziet enorm veel. En in het bedrijfsleven zijn de meest prachtige technieken te bewonderen en worden ontelbare creatieve initiatieven ontplooid. Dat is erg inspirerend. Bovendien is mijn werk concreet. Wat ik doe, heeft zichtbaar effect op het milieu. Zo vragen beleidsmakers zoals ministeries ons om advies en feedback. We oefenen zo dus ook invloed op het milieubeleid van ons land.’

Je mag nooit vergeten waar je voor staat: het bewaken van beleid en wet- en regelgeving en het beschermen van de waterkwaliteit

Wat is het grootste misverstand over jouw functie?

‘Dat wij ‘stempeltjes’ zetten. Dat idee staat mijlenver van de waarheid af. Ons werk is juist maatwerk in extreme vorm. En het daadwerkelijk schrijven en verlenen van de vergunning is slechts de allerlaatste stap. Het draait om het proces daarvoor. Om het samen met de aanvrager zoeken naar de beste oplossing. Om het verzamelen van de juiste informatie. Om het toepassen van de beste en meest toekomstgerichte technieken. En terwijl je dat doet, mag je nooit vergeten waar je voor staat: het bewaken van beleid en wet- en regelgeving en het beschermen van de waterkwaliteit.’

Wat vraagt het van iemand om het werk van adviseur waterkwaliteit goed te kunnen doen?

‘Je moet absoluut een flexibele, dienstverlenende en nieuwsgierige houding hebben. De omgeving waarin je werkt, is namelijk continu in beweging; qua beleid, wetten en technieken. Een chemische opleiding of achtergrond is natuurlijk ook wenselijk. Daarnaast zijn sterke communicatieve eigenschappen een must. Je bent veel in overleg met uiteenlopende partijen en brengt ook regelmatig een minder leuke boodschap. Het is fijn als je die met tact kunt brengen. Ook met het oog op de komst van de Omgevingswet zijn stevige communicatieve vaardigheden van belang. Deze wet kijkt namelijk sterk naar het totaalplaatje van alle milieuaspecten en dat vergt van ons nóg meer samenwerking met uiteenlopende partijen.’

Waarom is werken bij Rijkswaterstaat een aanrader?

‘Rijkswaterstaat is een omvangrijke organisatie. Je komt hier in contact met ongekend veel vakgebieden, diverse bedrijven en organisaties, en de nieuwste technieken. Heb je de ambitie om je verder te ontwikkelen, in je eigen of in een ander vakgebied? Dan krijg je hier volop kansen dat te doen.’

Vragen over de functie adviseur waterkwaliteit?

Dorien van Eijnsbergen (Natuur & Milieu)