Deze slimme peilboot vaart zonder kapitein

Een technologisch gedreven organisatie als Rijkswaterstaat zit te springen om innovatieve oplossingen om assetmanagement continu beter te maken. Maar hoe pas je die innovaties toe? In de Leerruimte ontwikkelt Rijkswaterstaat samen met marktpartijen nieuwe vindingen, zoals een autonoom varende robotboot die zelfstandig de waterwegen inspecteert.

‘Niet geschoten altijd mis. En dan heb ik in ieder geval wat sollicitatietraining opgedaan.’, dacht Monique van Helvert toen ze in 2015 solliciteerde bij Rijkswaterstaat voor een traineeship. De afgestudeerde ecoloog had weinig verwachtingen van de Nederlandse arbeidsmarkt die destijds zuchtte onder het staartje van de kredietcrisis en stevige bezuinigingen.

Tot haar verrassing werd ze uitgenodigd en trad toe tot het clubje trainees . Ze kreeg 3 opdrachten van een half jaar om de organisatie beter te leren kennen. Zo kwam ze onder meer terecht bij de regio Oost-Nederland waar ze zich stortte op het betaalbaar, betrouwbaar en duurzaam maken van  het riviersysteem.

Duurzaamheid en innovatie

Daarna kreeg ze het ‘eervolle verzoek’ om iets nieuws op te zetten binnen Rijkswaterstaat. Een nieuw onderdeel binnen de landelijke organisatie Programma’s Projecten en Onderhoud (PPO) gericht op duurzaamheid en innovatie.

Net als veel andere grote, gevestigde organisaties worstelt Rijkswaterstaat met het incorporeren van van vernieuwing. Dat heeft niet zo zeer met stugge behoudzucht te maken maar meer met innovaties an sich. Die zijn per definitie nieuw, hebben zich nog niet in de praktijk bewezen en vormen daarmee zowel een kans als een risico.

Assetmanagement beter maken

Tegelijkertijd snakt Rijkswaterstaat naar nieuwe vindingen, met name om te verduurzamen. Volgens Van Helvert staat assetmanagement binnen Rijkswaterstaat voor enorme opgaven zoals klimaatadaptatie, smart maintenance, veiligheid en bereikbaarheid. Hiervoor was een omgeving nodig specifiek gericht op innoveren met partners van buiten de organisatie. De oplossing is gevonden in de oprichting van de Leerruimte, een nieuw onderdeel van de reguliere beheer- en onderhoudscontracten waarbinnen Rijkswaterstaat samenwerkt met aannemers die nieuwe methodes, technieken of apparatuur willen ontwikkelen. En daarmee assetmanagement beter maakt.

Vliegwiel voor innovatie

De Leerruimte is een uniek onderdeel binnen Rijkswaterstaat. Volgens Van Helvert is de essentie dat er altijd een gelijkwaardige relatie is tussen de marktpartij en Rijkswaterstaat als opdrachtgever en mede investeerder. Omdat Rijkswaterstaat onderdeel is van de Rijksoverheid, is de deal dat in ruil voor gezamenlijk ondernemen, nieuwe technologie, onder voorwaarden, toegankelijk gemaakt wordt voor derden. Alleen zo kunnen innovaties als ze uitontwikkeld zijn ook door het Rijk gekocht worden. Doordat de Leerruimte gekoppeld is aan het reguliere beheer en onderhoud ontstaat een prachtig vliegwiel voor innovatie.

Zelfvarende speedboot

Een van de eerste successen van de Leerruimte is onlangs te water gelaten. De aquatic drone is een zelfvarende speedboot uitgevoerd met een keur aan meetapparatuur. Zo kan hydrografische apparatuur dieptemetingen uitvoeren zodat duidelijk wordt welke vaargeul uitgebaggerd moet worden. Ook olielekken detecteren, de staat van damwanden en kades monitoren en het tellen van vissen behoort tot een van de vele toepassingen. De drone vaart elektrisch, kan doorgaan zo lang de accu het uithoudt en produceert geen CO2-uitstoot.

Inrichten nieuwe Leerruimtes

De aquatic drone is samen met Rijkswaterstaat ontwikkeld die de helft van de ontwikkelkosten op zich nam en meteen als launching customer fungeerde. Van Helvert zegt dat de Leerruimte tot een mooie wisselwerking leidt. Partijen die hierbinnen nieuwe producten ontwikkelen, lukt het niet alleen om hun innovatie naar de Nederlandse markt te brengen; ook internationaal zorgt de samenwerking voor een boost: ‘Als onderneming krijg je toch een stempel van goedkeuring als je product door de Nederlandse overheid wordt gebruikt.’

Nu gebleken is dat de aquatic drone werkt, en er ook al andere innovaties uit het werklab van de Leeruimte zijn gerold, werkt Rijkswaterstaat samen met verschillende marktpartijen aan het inrichten van nieuwe Leerruimtes. Van Helvert is heel blij met alle ruimte die ze -letterlijk- krijgt. Ze is ervan overtuigd dat deze publiek-private aanpak van innoveren nog tot veel spannende oplossingen gaat leiden. ‘Toen de eerste aquatic drone te water werd gelaten, ben ik natuurlijk wel gaan kijken. Al dat papierwerk was niet voor niks.’

Op de hoogte blijven?

Wil je meer weten over dit soort werkzaamheden aan het Kanaal Gent-Terneuzen?

Bekijk ons liveblog